Lara Nuberg

View Original

Handen // Hands

  • For English see below

Ze stond in het centrum van Jakarta en keek naar de handen die ze een paar jaar geleden nog vasthield, rustend op een pastel gele deken met een honingraatmotief. Lange slanke vingers, goud bijna, vingertoppen die verzachten, de resten van koraalrode nagellak. 

Aan het ziekenhuisbed leken de geuren niet te kloppen. Alsof in de kamers geen mensen lagen, maar slechts de lege omhulsels van wat ooit een mens was of ooit weer mens zou kunnen zijn. Ze miste haar flesje van Dior en haar la met poeders, Maja zeep en lippenstift. Zou ze al die dingen ooit opnieuw gebruiken?

Het eten werd geserveerd en het rook naar iets dat niet zou smaken. Een plastic deksel over een dienblad verhulde een bord vol doorzichtige puree, een stevige gehaktbal en iets dat door moest gaan voor sperziebonen. ‘Heb je trek?’ vroeg ze. Ze schudde haar hoofd. Het eten werd weer weggeschoven. Ze miste de geur van nasi goreng, trassi, stoofpeertjes en die van dat gouden blik vol tumtum, kokindjes en griotten. 

De oproep tot het middaggebed klonk. Er passeerde een man met een wagentje die zingend in een pelong-toonladder zijn sate ayam aanprees. De geur van kretek, van fruit. Knisperende bladeren van eeuwenoude bomen aan de kant van de weg. Motoren en auto’s. De warme lucht, drukkend, veel zwaarder dan die gele deken van een paar jaar terug. 

Ze ademde in, ze ademde uit. Ze droeg haar handen, haar huid, haar haar. Onder haar voeten groeiden wortels. Ze sloot haar ogen. Het hoefde niet meer anders te zijn. 


—— 


Hands //

She stood in the center of Jakarta and looked at the hands she held a few years ago, resting on a pastel yellow blanket with a honeycomb motif. Long slender fingers, almost gold, fingertips that soften, the remains of coral-red nail polish.

The odors surrounding the hospital bed didn't seem right. As if there were no people in the rooms, but only the empty shells of what once was or could once again be human. She missed her bottle of Dior and her drawer with powders, Maja soap and lipstick. Would she ever use all those things again?

The food was served and it smelled like something that would not taste well. A plastic lid over a tray concealed a plate full of transparent mash, a sturdy meatball and something that had to pass for green beans. "Are you hungry?" She asked. She shook her head. The food was pushed away again. She longed for the scent of nasi goreng, trassi, stewed pears and that of a golden tin full of tumtum and licorice.

The call to the afternoon prayer sounded. A man with a cart passed by singing in a pelong scale, recommending his satay ayam. The scent of kretek, of fruit. Crackling leaves of age-old trees on the side of the road. Motorbikes and cars. The warm air, oppressive, much heavier than that yellow blanket from a few years ago.

She breathed in, she breathed out. She wore her hands, her skin, her hair. Roots grew under her feet. She closed her eyes. It didn't have to be different anymore.

See this gallery in the original post